woensdag 8 augustus 2012

De Theorie van de kunstpiramide

Recentelijk dwaalden mijn gedachten over de anatomie van een kunstwerk en het viel mij op dat kunstwerken ontstaan uit een boodschap (informatie), net zoals het leven onstaat uit een boodschap, een code, het DNA... Net als het DNA is een kunstwerk de drager van een bepaalde informatie. Welke informatie?

Een idee wordt een boodschap van zodra deze gecommuniceerd wordt. Ontstaan uit een idee, materialiseert zich een boodschap die kunstenaar giet in de vorm van een kunstwerk. Alle aspecten van een kunstwerk staan in functie van de idee, de boodschap die de kunstenaar wil overbrengen.

(Ik vervolg mijn betoog in het kader van de schilderkunst, hoewel het ruimer geïnterpreteerd kan worden.) In het geval van de schilderkunst, betreft het 5 aspecten:

1 - Keuze van objecten/personages. Dit kunnen dode voorwerpen evenals levende wezens zijn. Zij worden gekozen in functie van de boodschap die de kunstenaar wil overbrengen.

2 - Arrangement van de gekozen objecten (de "compositie"): samen met een juiste keuze van objecten wordt hun opstelling bepalend om de idee exact weer te geven. Hierin wordt niet alleen de onderlinge positie maar ook de lichaamshouding van personages begrepen. De compositie bepaalt voor een groot deel de duidelijkheid waarmee de gekozen boodschap tot uitdrukking komt.

3 - Belichting; richt de aandacht; accentueert ruimtelijkheid, sfeer en overzichtelijkheid van de compositie. Staat volledig in functie van de boodschap.

4 - Kleur; bepaalt voor een groot deel of het schilderij aanschouwlijk is of niet, smaakvol dan wel smakeloos. Staat het minste van al in functie van de boodschap.

5 - Schildertechniek; is sterk beïnvloed door het temperament van de schilder maar hoort conform de boodschap te zijn. Het is hier waar de schilder zijn meest materiële vingerafdruk nalaat.

De thans gematerialiseerde boodschap wordt gezien door het publiek die de ontvanger is van de oorspronkelijke idee, de onstaansreden van het kunstwerk. De idee wordt uitgestraald en wekt de aandacht van het publiek. De betoverende kracht van de kunst grijpt de aandacht van de toeschouwer en voert zijn geest naar de bron van de idee. Dat is de onstuitbare forte van kunst. Geen kunstenaar die het zal ontkennen.

Aldus kan een idee het publiek bewegen middels het kunstwerk. Bewegen in welke zin? Bijvoorbeeld, een kunstwerk kan een mens verheffen; het geestelijke niveau waar de boodschap van afkomstig is dient daartoe logischerwijze van een hoger niveau te komen dan die van het publiek. Aldus ontstaat een piramide met de idee als top (de zender), het kunstwerk als drager en het publiek (de ontvanger) onderaan.

In het geval van de piramide is de oorspronkelijke boodschap afkomstig van een belevingswereld die noodzakelijkerwijze ruimer en rijker moet zijn dan die van de toeschouwer. In dit geval zal de overgebrachte idee de belevingswereld van het publiek doteren met prikkels van een hoger niveau, wat verwarring en onrust kan verjagen, de ziel verheffen, het hart koesteren, het lichaam versterken, enzovoort.

Indien de boodschap van een lager allooi is dan de toeschouwer, vormt zich geen piramide, maar eerder een trechter die de toeschouwer naar beneden haalt naar een belevingswereld van eveneens een lager allooi, namelijk het oorspronkelijke niveau waarop de idee ontstaan is. Dit betekent in de praktijk dat het betreffende kunstwerk de toeschouwer enigszins zal corrumperen; zijn belevingswereld zal aangetast worden en hij zal een kracht ervaren die hem naar beneden haalt. Dit is het onvermijdelijke vermogen van alles wat kunst is - de kracht om de mens te transporteren. De vraag is alleen: waarheen?

Veel staat ongetwijfeld in functie van de frequentie en duur van de blootstelling aan het betreffende kunstwerk, en de mate waarin de overgebrachte idee zich nestelt in de geest van de toeschouwer.

Deze theorie noem ik de theorie van de kunst-piramide.

Wim Van Aalst, 21 januari 2011